Het voorjaar dringt zich op

 

19 februari 2020 

Het is al halfacht als ik in Riel aankom. Moet hard trappen om op tijd te zijn. De oostelijke hemel is behoorlijk helder. Dat betekent dat ze vroeg komen, al rond zonsopgang – en niet een minuut of tien erna wat ze doen als er meer wolken zijn. De afslag naar de Aesvoortsedijk. Tien over halfacht. Ik ploeg met mijn fiets door natte modderige sporen van de landbouwvoertuigen die hier de stikstofminnende plantenlaag hebben afgevoerd. Intussen probeer ik de oostelijke hemel, waar de vogels vandaan zullen komen, zo goed mogelijk in de gaten te houden. De laatste meters lijken wel kilometers. Om 7.44 uur bind ik mijn fiets aan de paal. Korte fixatie op mijn fietsslot en dan meteen weer de blik omhoog. Daar komen ze, laag over de bomen. Ongeveer 50 spreeuwen. Eén vogel splitst zich af, landt boven in de abeel en gaat meteen zingen, startend met het zangmotief dat ik inmiddels van hem ken: de nachtroep van de meerkoet. Nog in dezelfde minuut arriveert een soortgenoot en gaat ernaast zitten. Deze vogel zingt niet. Met de witte veertoppen die iets breder dan van de ‘meerkoetspreeuw’ ziet deze vogel eruit als een vrouwtje. Nog twee spreeuwen landen in de boom, maar vliegen vrijwel meteen weer door, naar het Amerikaanse-eikenbos even verderop. Om 7.59 uur vliegt de meerkoetspreeuw samen met zijn maatje weg naar hun buurtgenoten in het Amerikaanse-eikenbos. 

Dat was kantje boord. Voor geen goud had ik de aankomst van mijn meerkoetspreeuw willen missen. De ‘wulp’ en het ‘witgatje’ ken ik al sinds eind oktober, maar de meerkoetspreeuw hoorde ik voor het eerst op 27 januari dit jaar. Vanaf die tijd zie en hoor ik hem bij elk bezoek. Alles wijst erop dat hij een partner heeft veroverd. De vonk moet in de eerste week van februari zijn overgeslagen. Op de ochtend van 31 januari had hij slechts kortstondig gezelschap gehad; sinds 7 februari was hij steeds in vrouwelijk gezelschap. 

Nadat de meerkoetspreeuw en zijn gade zijn opgevlogen, ga ik ook verder. Met een melodieus tluíet vliegt een vogel met een kort staartje vanuit het bos naar het veld: de boomleeuwerik is terug. Een groene specht lacht. Roodborstjes jagen door de braamstruiken achter elkaar aan. Even ben ik in de war als ik vanuit een bosje langs het Riels Laag het heldere ruíet hoor dat aan de nachtzwaluw toebehoort. Die zijn natuurlijk nog lang en breed in Afrika. De zanglijster imiteert hem meesterlijk. Hij heeft een goed geheugen.

Komen en gaan

Bij het Amerikaanse-eikenbos komt de gezelligheid van de buurtspreeuwen me al tegemoet. Ik hoor een bekende: de ‘wulpspreeuw’. De baltsroep van de wulp doet hij zó goed dat ik me telkens even van moet vergewissen of de echte wulp niet is teruggekeerd. Vandaag lijkt de roep van verschillende kanten te komen. En ja, warempel: zijn muze met de lange kromme snavel is gearriveerd. Even later zie ik hem vliegen boven het weiland. Ha, daar is ook het meerkoet-motief weer. Hij is samen met zijn nieuwe vlam even komen buurten in het bos. 

Voorjaarsgeluiden komen nu overal vandaan. Op de heide zingen drie boomleeuweriken tegelijk. Hun zang vermengt zich nu met dat van de veldleeuweriken. Pimpelmezen zingen, groene spechten lachen naar elkaar. Verderop in het beukenbos klinkt het langgerekte klúúú van een zwarte specht en de weemoedige ballade van de grote lijster.  Het is nu een komen en gaan, want vele gaan weer noordwaarts. Koperwieken, die enkele dagen geleden nog druk zaten te kwetteren in de boomtoppen, zijn kennelijk al vertrokken. Kramsvogels vliegen tsjakkend voorbij. Zij gaan ook naar het noorden, net als het groepje spreeuwen en de enkele verldleeuweriken die hoog over de heide vliegen. Het vuurgoudhaantje in de braamstruiken is vast ook op doorreis. Boven de naaldbomen vliegen twee haviken, ze flappen wat aanstellerig met hun vleugels. De geelgors heeft zijn zangpost weer ingenomen in een eikenboompje langs de hei. 

Het voorjaar dringt zich op.

 

7 Comments

Add yours →

  1. Willy Boer van den februari 24, 2020 — 20:46

    Weer top om te lezen!

    Like

  2. Beste Piet
    Geweldig dynamisch verhaal, wat een onderscheidend vermogen om al die vliegende vrienden te herkennen.

    Like

  3. drewalraven@home.nl maart 3, 2020 — 18:04

    Wat een heerlijk relaas weer PIET over al die vroege vogels waar ik dankzij jou enthousiasme ook steeds meer oog voor begin te krijgen. Dank daarvoor!  Hartelijke groet,

    Like

  4. Gerard Segers maart 5, 2020 — 13:52

    Heerlijk om dit als nieuwe volger te lezen,heimwee nodigt mij uit om zo spoedig mogelijk weer op “De Haai” te zijn.

    Like

Plaats een reactie