Herfst

[Column verschenen in: Thuis in Zorgvlied, Wijkkrant van, voor en door de inwoners van de wijk Zorgvlied, Tilburg, oktober 2022]

Als de zomer, de bloeitijd, voorbij is, wordt het tijd om te oogsten wat gezaaid is. Die periode hebben we eeuwen geleden herfst genoemd, van het Engelse ‘harvest’. De term past bij een tijd van wuivende granen in de zomer en maaiers met zeisen in het najaar. Toch verbinden wij herfst al lang niet meer aan de oogst alleen. Niet alleen omdat onze binding met het boerenland is verzwakt, maar ook omdat herfst dieper gaat. De herfst bespeelt ons gemoed.

Tijdens een lange wandeling zien we de blaadjes vallen en het lijkt alsof de zomer nooit meer zal terugkeren. Eikels en beukels (waarom heten die beukennoten?) vallen tok-tok van de bomen en prikken in onze voetzolen. Geuren van verval en verrotting stijgen op uit zompige bodems bedekt met zwammen, mossen en bruin geworden varens. De bomen trekken hun sappen terug, sparen hun krachten in knoppen voor het volgende jaar.

Bosvogels verzoenen zich, trekken samen op, omdat meer ogen een beter zicht bieden op voedsel en gevaren. In het open veld zien we vreemde vogels hoog overvliegen. Ze komen uit noordelijke streken en zijn op de vlucht voor kou en honger. In alle vroegte landen lijsters, vermoeid van hun nachtelijke reis, in bessenstruiken. Vinken, kwikstaarten en leeuweriken gaan golvend over de velden. Ze hebben zojuist hun reis hervat omdat zij niet graag in het donker vliegen.

De zon rijst aan een blauwe hemel en weet de aarde nog wat te verwarmen. Tegen het middaguur, als de schaduwen kort zijn, verschijnen hoog in de lucht roofvogels en ooievaars. Op hun brede vleugels laten ze zich in grote kringen op de warmte omhoogvoeren. Dan zeilen ze zuidwaarts af op zoek naar een nieuwe luchtbel die ze opnieuw in hogere sferen brengt.

Later in de middag lijkt de zon de bocht af te snijden en verdwijnt ze om de hoek. Kou trekt op. Het schemert reeds als we van onze wandeling terugkomen en de warmte van het café opzoeken. Zelfs het bier is donkerder dan het was. We hebben diepzinnige gesprekken, halen herinneringen op. Op weg naar huis, bij het licht van een lantaarnpaal, dwarrelt het liedje van een roodborst die zijn winterterritorium claimt. Een vleugje weemoed klinkt erin door. Maar dat zit in ons, niet in de roodborst. Die laat zich niet meeslepen door wat was of had kunnen zijn. Die kijkt alleen vooruit. 

12 Comments

Add yours →

  1. Petje af voor jouw schrijfstijl. Je ogen dichtdoen, iemand met een warme stem dit verhaal voor laten lezen
    Ik zie me zó , midden in het veld, staan genieten van wat je beschrijft! Dank je wel voor dit verhaal

    Like

  2. Weer echt schitterend mooi verwoord Piet van den Hout, het blijft genot je schrijven te lezen Piet !! Fijne avond verder Groeten Harrie .

    Like

  3. Beste Piet,
    Warm stuk, een geschreven schilderij.
    Het geeft weer eens aan hoe belangrijk de natuur is, maar we gaan er nonchalant mee om.

    Like

  4. Mooi om het woord “beukels” terug te zien

    Like

  5. Mooi! En ik krijg opeens zin in een donker biertje bij de open haard.

    Like

Plaats een reactie