Alles op zijn tijd

11 augustus 2021

De mist heeft het Riels Laag bedekt. De oude populier en de drie eiken kan ik slechts vaag onderscheiden. Ergens in die bomen lamenteert een jonge buizerd. Achter mij klinken de rauwe geluiden van grauwe ganzen die met tientallen tegelijk opstijgen vanuit het ven waar ze de nacht hebben doorgebracht. Laag over het riet komen ze recht op me af en vliegen dan over me heen verder door het beekdal.

Grauwe ganzen vertrekken van de slaapplaats
Grauwe ganzen

Tussen de vluchten door bewonder ik met Jan, die vanmorgen tegelijk met mij de Aesvoortsedijk bereikte, de planten, waaronder heidekartelblad (Pedicularis sylvatica) en wolfspoot (Lycopus europaeus), die hier in het zompige veld staan. 

Heidekartelblad
Wolfspoot

Terwijl de hemel opentrekt wandelen we verder naar het veld waar de grauwe klauwieren wonen. Ik had het al van verre geroken en nu zie ik het ook: het veld is gemaaid. Een meter of honderd bij zijn oude plek vandaan vind ik een mannetje klauwier. Even later zie ik, diep verborgen in een braamstruik, ook een van de twee jonge vogels die stilletjes op voedsel wacht. Meer klauwieren zie ik aan de overkant van de laagte, honderden meters verder, een mannetje en een vrouwtje, maar geen jonge vogels. 

Muizenjacht

Langs de rand van het veld komt een vos aanlopen. Hij kijkt om, alsof hem iets stoort. We blijven doodstil staan. Dan gaat hij toch gewoon zijn gang, loopt een stukje, stopt dan, concentreert zich, maakt een hoge sprong uit stand en plant zijn poten ferm in de grond. Hij is op muizenjacht, maar zijn prooi was hem blijkbaar te snel af. Hij scharrelt verder, behoedzaam om zich heen kijkend. Niet ver van ons vandaan verdwijnt hij in de braamstruiken. Even later verschijnt van de plaats waar de vos vandaan was gekomen een grote trekker die de plukken gemaaid gras bijeen begint te harken.

De muizensprong

Om nog beter contact met de omgeving te kunnen maken gaan Jan en ik elk op eigen houtje verder. Ik ga de heide op. Bedauwde spinnenwebben staan gespannen tussen heideplanten en grassen. De vennen en poelen beginnen al weer droge kanten te krijgen. In een van die poelen krabbelt een eenzaam schrijvertje (Gyrinus natator) druk-druk-druk zijn boodschap in het bruine water. Zijn huid glanst als een zilveren vulpen. Wat schrijft zo’n krinklende winklende waterding toch allemaal?, vroeg Guido Gezelle zich ruim een eeuw geleden al af. Af en toe ligt hij even stil alsof hij nadenkt over zijn volgende alinea. Dan spurt hij ineens weer vooruit alsof hem zojuist weer iets te binnen schoot en werkt hij met lange halen en sierlijke krullen driftig verder aan zijn proza.

Schrijvertje rust even uit. Een haft vliegt langs.
Argeloze vlieg

Op een naald van een grove den zit een houtpantserjuffer (Lestes viridis), op zijn gemak, hij heeft alle tijd van de wereld. Als ik verder ga over het zandpad vliegt er vlak voor me een insect op dat direct daarna weer landt. Die heeft hier werk te doen. Ik vang hem in de kijker. Het is een zandroofvlieg (Philonicus albiceps). Hij doet een uitval naar een overvliegend insect. Mis. Zodra ik een stukje loop, gaat hij weer een eindje verder op het zand zitten, wachtend op de volgende argeloze vlieg die zijn pad kruist.

Houtpantserjuffer
Zandroofvlieg
Oranje zandoogje

Op een braamstruik aan de Aesvoortsedijk landt een oranje zandoogje (Pyronia tithonus). Er zijn veel vlinders te zien deze zomer. Dat komt omdat hun waardplanten in het natte voorjaar lekker groeiden. Zo hadden de rupsen in de zonnige zomer prima te eten en konden vele zich tot vlinders ontpoppen.

Volwassen buizerd
Volwassen buizerd met rommelig verenpak.

De buizerds lijken het ook goed te hebben gedaan. Op verscheidene plaatsen hoor en zie ik jonge vogels. Die zijn al aardig zelfstandig, ook al zeuren ze soms urenlang alsof ze het niet alleen af kunnen. De oudervogels hebben weer een beetje tijd voor zichzelf. Er vliegen er twee boven me. Ze hebben allebei gapende kieren in de vleugels. Vooral bij een van de vogels is het nogal een ratjetoe. Maar zo gaat dat bij buizerds: die ruien hun veren het hele jaar door. Deze vogel heeft de meeste armpennen vernieuwd, maar slechts enkele van de handpennen (die aan de buitenkant van de vleugel staan). De staart heeft zowel lange als kortere pennen, oude en nieuwe veren. Zoveel achterstallig onderhoud zie je vooral bij oudere vogels van twee jaar en ouder. Het ziet er erger uit dan het is. Die oude veren vliegen ook nog best en met een paar gaten in de vleugel valt hij niet meteen uit de lucht. Daarom vervangt hij die veren als het te pas komt. En ze groeien niet van de ene op de andere dag aan. Alles op zijn tijd.

6 Comments

Add yours →

  1. Wat prachtig toch weer Piet!

    Geliked door 2 people

  2. Weer zo heerlijk om te lezen, dankjewel Piet!

    Geliked door 1 persoon

  3. Prachtig hoe je dat allemaal in je camera vangt.

    Like

  4. Voor Jan die je voor de voeten loopt, is tertulia een voortreffelijk alternatief.

    Like

    • Beste heer Joosten, hartelijk dank voor uw reactie. Het ontgaat me evenwel wat tertulia hier betekent. Komt het niet uit het Spaans met ‘bijeenkomst’ als betekenis, gewoonlijk met spel en dans? Overigens: Jan begrijpt mijn behoefte aan alleen-zijn (in het veld) heel goed.

      Like

  5. Willy van den Boer augustus 27, 2021 — 08:48

    Heerlijk om weer te lezen Piet! Bedankt

    Like

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

%d bloggers liken dit: