Baas boven baas

RL 17 mei zuring en grassen17 en 24 mei 2019

De boompiepers zingen nog overal, zij het niet meer zo actief als vorige week. Toen zong er om de vijftig tot honderd meter wel een. Ze landen steeds op uitgestoken takken, vaak in het topje van de boom. Daar zetten ze het op een zingen, luisteren even naar wat de buurman ervan brouwt en gaan dan weer los (zie video). Toen Niko Tinbergen, de vader van de ethologie (de studie naar gedrag), in de jaren veertig van de vorige eeuw de effecten van sperwers op de zangvogelstand onderzocht, constateerde hij dat sperwers in zijn onderzoeksgebied de boompiepers hadden geëlimineerd. Tinbergen vermoedde dat dat niet alleen kwam doordat boompiepers veel schaarser waren dan de meeste andere zangvogels in zijn gebied, maar ook omdat ze hun zangvluchten uitvoerden vanuit boomtoppen waardoor sperwers ze vrij makkelijk konden grijpen. Ik heb nooit gezien dat er eentje door een roofvogel werd gegrepen. Maar ja, dat zegt niet zoveel: de kans dat je een roofvogel een prooi ziet grijpen, is sowieso niet zo groot.

 

 

Roodborsttapuiten leven al net zo opvallend (zie blog ‘De landheer en zijn beschermelingen’). Toen de boomvalken ’s avonds boven de hei jaagden (zie blog ‘Avonturen in de avonduren’), waren zij de enige vogels die zich bovenop de struiken waagden. Hun jongen pikken dat verheven gedrag meteen op. Ze zijn nu groot genoeg om ook zelfstandig voedsel te zoeken en zitten boven op een braamstruik. Maar ze houden hun omgeving nauwlettend in de gaten. Als ze gevaar bevroeden, duiken ze subiet onder (zie video).

 

 

Onder de radar

De kleine bonte spechten hebben zich de afgelopen maanden juist zeer gedeisd gehouden. Ik begon al te vrezen dat hun broedsel in de half vermolmde berk (zie blog ‘Bonte spechten leven langs elkaar heen’) was mislukt. Maar ze zijn nog steeds in de race. Ik zie man en vrouw achtereenvolgens naar binnen gaan met grote voorraden rupsen en andere insecten. Ze voeren stilletjes.

 

De middelste bonte gedraagt zich al even heimelijk. Na de ontmoeting op 21 februari (zie blog ‘Nieuwe bewoners’) had ik hem niet meer op die plaats gezien. Tot mijn grote verbazing zag ik hem onlangs in hetzelfde bosje. Zijn bek was afgeladen met groene rupsen.

Praatjesmaker

Vergeleken bij de kleinere bonte spechten is de grote bonte een praatjesmaker. Niet alleen de oudervogels laten met hun helder tsjiek’ van zich horen, bijvoorbeeld als er onraad dreigt, maar ook de jongen roepen zo luid dat je ze van meters afstand kunt horen: een heel snel ‘tie-tie-tie’ — alsof er in het hol een wekkertje afgaat. Al eerder bespraken we de reputatie van de grote bonte specht als brutale inbreker (blog ‘Bonte spechten leven langs elkaar heen’). Hij heeft wellicht minder te vrezen voor ontdekking dan zijn kleinere neefjes.

Toch heb ik niet de indruk dat grote bonte spechten systematisch op strooptocht gaan voor nestjongen. Hoe makkelijk zou het niet zijn om de jonge pimpelmezen, die op een steenworp afstand van hun nest in en uit vliegen (zie video), uit hun nogal ruimbemeten nesthol te sleuren?

 

 

Gevaarlijke jagers

Overigens moeten ook de grote bonte spechten op hun tellen passen. In de nestkast van de Gemertse slechtvalken waar ik al een tijdje via de webcam naar binnen kan kijken (zie blogs ‘Vriend en Vijand’), werden, vooral in het vroege voorjaar, verschillende grote bonte spechten naar binnen gebracht. Waarschijnlijk heeft zo’n specht in zijn overmoed een weiland overgestoken. Zijn golvende projectielvlucht — een paar snelle vleugelslagen, gevolgd door een lange dalende glijvlucht met gesloten vleugels — is weliswaar energetisch efficiënt maar maakt hem ook kwetsbaar, omdat hij in de glijfase geen ontwijkende zwenking kan uitvoeren (zie blog 26 februari 2019, ‘Elke vogel vliegt zoals hij gevleugeld is’). Maar denk niet dat hij in het bos, waar geen slechtvalken komen, volkomen veilig is.

Op de ochtend van 24 mei 2019 zie ik grote bonte spechten bij hun nest in een berk. Het gewoonlijk zo doordringende ‘tsjiek’, klinkt zachter, voorzichtiger, als de vogel vlak bij het nest komt. Ineens is het doodstil. De grote bonte specht zit als bevroren tegen de stam, vlak onder zijn nesthol. In mijn ooghoek zie ik een schim van een vogel die laag door het bos gaat. De vogel lijkt in zweefvlucht. Dan komt hij recht op me af, laag door het bos: een havik. Het is een mannetje, kleiner dan het vrouwtje, en door zijn hogere wendbaarheid des te gevaarlijker voor de bosvogels. De specht wacht nog minutenlang voordat hij het waagt zijn jongen te voeren, die inmiddels reikhalzend naar het maaltje uitzien.

 

De havik staat aan de top van de voedselhiërarchie; die weet zelfs de grootste praatjesmakers in het bos het zwijgen op te leggen.

One Comment

Add yours →

  1. Piet en Toos Schreppers juni 28, 2019 — 17:25

    Leuk verhaal, Piet

    Like

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

%d bloggers liken dit: